Net niet tegen Charlois
Charlois Europoort 1 – Apeldoorn 1 5,5-4,5
Geschreven door Lucien van Beek.
Na eerst twee nederlagen en vervolgens twee overwinningen bevonden we ons met Apeldoorn 1 weer in de middenmoot, en stond in de vijfde ronde van de Meesterklasse een uitwedstrijd tegen Charlois Europoort op het programma. Op rating waren beide teams vrijwel precies even sterk, dus dat het spannend zou kunnen worden, was op voorhand duidelijk.
Warming-up
We beginnen weer (het begint een traditie te worden) met een paar opgaven afkomstig uit de gespeelde partijen. De antwoorden vind je in de loop van het verslag.
Opgave 1:
Kan wit hier Lxf6 spelen?
Opgave 2:
Moet zwart Te6 of Txf6 spelen?
Opgave 3:
Hoe wint wit?
Opgave 4 (deze is niet makkelijk):
Kan zwart voor winstkansen beter de paarden erop houden, of ruilen op g3?
De wedstrijd
Het was vrij lang wachten tot de eerste uitslagen binnenkwamen, vlak voor de tijdnoodfase. Als eerste partij was klaar Kollen-Zwirs op bord 2. Nico had met zwart te dealen met de Van Geet-opening van Zyon Kollen. Er ontstond een soort Koningsindische structuur met verwisselde kleuren, waarin zwart iets beter leek te staan en ook best veel interessants had kunnen gebeuren:
Met de nadruk op ‘had’, want helaas kwam de partij niet echt van de grond (Nico overwoog hier het sterke 13… h5 maar speelde uiteindelijk 13… 0-0). Toen beide spelers wat krap in de tijd kwamen te zitten, werden de zetten al op zet 25 herhaald.
Ook Thomas Beerdsen speelde remise, met wit op bord 1 tegen collega-GM Korneev. Het Evans-gambiet werd weer eens van stal gehaald door Thomas; dit werd eerst beleefd geweigerd met 4… Lb6, maar Thomas volhardde en wist even later alsnog succesvol een pion te offeren. Een kritiek moment, waar zwart lang nadacht, was het volgende (na 17. Dh5):
Als zwart hier zijn e-pion verdedigt met 17… Dd6 vervolgt wit met 18.d4! en dan wordt exd4 gevolgd door 19. Lh6. Korneev speelde echter het veilige 17… Df6, waarna wit een pion terug kon winnen maar zwart zich volledig ontwikkelde. Een paar zetten later accepteerde Thomas een remiseaanbod.
GM Max Warmerdam bereikte met wit helaas weinig uit de opening tegen Thibaut Vandenbussche. In een Philidor haalde Max naar eigen zeggen twee ideeën door elkaar; zwart maakte heel makkelijk gelijk en het evenwicht was vervolgens moeilijk meer te verbreken. Een remiseaanbod van Max in gelijke stelling werd uiteraard geaccepteerd.
De eerste beslissing van de dag viel op het bord van Sjef Rijnaarts. Sjef, die tot nu toe aan een lekker seizoen bezig is, verscheen niet helemaal fit achter het bord. Met zwart tegen GM Jan Werle werd een foutje hem snel fataal. Na een voor Sjef niet optimaal gelukte Koningsindiër had Werle net zijn dametoren gecentraliseerd: 14.Tad1
Een goede zet was hier bijvoorbeeld 14…Qe7 met als pointe 15.Nxd5 Nxd5 16.Qxd5 Bxd4! (ook mogelijk is 16…Nxd4 17.Bxd4 Be6 18.Qa5, met gelijkspel) en dan volgt redelijk geforceerd 17.Bxd4 Be6 18.Qc5 Nxd4 19.Qxe7 Rxe7 20.Rxd4 Bxa2 met een remisestelling.
Na 14…Qe7 kan wit echter ook verder met15.exd5 Na5 16.Qb5 Qxe3 17.Qxa5 en zwart heeft niet voldoende voor de pion, lijkt het, maar leeft wel.
In de partij werd het zwakke 14…Nxd4? gespeeld, wat alle dominantie in het centrum aan wit laat. Er volgde: 15.Bxd4 dxe4 16.fxe4 Be6 17.Qxb7 Re7
Werle behield hier zijn (grote) voordeel met het rustige 18.Qa6. Hier had 18.Bxf6 Rxb7 19.Rxd8+ Rxd8 20.Bxd8 Rxb2 21.Bf6 Bxf6 22.Rxf6 Rc2 direct gewonnen, want wit heeft daar nog 23.Rf3 en houdt zijn stuk extra.
Na 18.Qa6 volgde: 18…Nd7 19.Bxg7 Kxg7 20.Nd5 Bxd5 21.exd5 en wit stond een pion voor, met verder ook meer activiteit. Werle maakte dit zonder problemen af; na 31 zetten was het 1–0.
Zo waren voor de tijdcontrole de eerste vier borden klaar met een kleine achterstand voor Apeldoorn. Op de laatste zes borden stonden we echter niet minder. Stefan Kuipers, die afgelopen week voor de derde keer vader werd (waarmee vanaf deze commentaarpositie nogmaals van harte gelukgewenst!), wist de stand gelijk te trekken door een iets beter toreneindspel over de streep te trekken tegen Maarten Praet.
Na de tijdnood was ook Tim Lammens tegen Ansh Jakhari snel remise. Vanuit de opening, iets symmetrisch Engels-achtigs met een open d-lijn en voor beide partijen een fianchetto, was er niet veel aan de hand. Vlak voor de tijdcontrole kreeg Tim echter een grote kans:
Hier had 37.De4! groot voordeel gegeven vanwege de dreiging 38.Db7 en mat. Er kan bijvoorbeeld volgen: 37… Re8 (om de toren tussen te kunnen plaatsen) 38.Qc6! Qxc6 (na 38…Qf8 wint 39.Be4 met de ondekbare dreiging 40. Txh7+)39.bxc6 met een winnende vrijpion. Een andere mogelijkheid is 37…Bf8 38.Qc6 Bg7 39.Rb7 en de b-pion valt. Zwart blijkt geen goede verdediging meer te hebben.
Wit miste deze buitenkans helaas en speelde 37.Rd7? Na 37…Rxd7 38.Qxd7 zat er weinig muziek meer in, en niet heel lang na de tijdcontrole werd het resterende ongelijke lopereindspel remise gegeven: ½–½
Saša Albers behaalde op bord 8 een mooie vechtremise tegen Rhys Arnold. Beide jonge spelers zijn dit seizoen debutanten in de Meesterklasse. In een doorschuif-Caro-Kann beging Saša met zwart een lichte onnauwkeurigheid waarbij hij zijn rokade had opgegeven en vervolgens met de koning naar g8 was gewandeld. Maar er was geen man overboord. Tegenstander Rhys Arnold brak de boel dus open met de opmars f4-f5 en na 19… g6 20. Tf6 ontstond de volgende stelling:
Saša had hier de keuze tussen 20… Te6 en 20… Txf6. Hij koos voor het laatste en dat had verkeerd kunnen aflopen, want de opmars e5-e6 is dan namelijk niet meer tegen te gaan. Na het veel betere alternatief 20… Te6 (blokkeren die boel!) is 21.Rxf7 ongevaarlijk voor zwart (21… Qxf7 22.Rxf7 Kxf7 23.Qxd5 en met Rhe8 wint zwart de e-pion en activeert beide toren) terwijl zwart na 21.Dxg4 h5 22. Dd4 Th7 ook geen problemen meer heeft.
Er volgde echter: 20…Rxf6? 21.Rxf6 en nu wordt 21…Qe7 toch gewoon gevolgd door 22.e6! fxe6 23.Qe5. Wit haalt eerst de pion op en heeft vervolgens een winnende aanval doordat de zwarte koning naar voren wordt gedwongen: 23… Qc5+ 24.Kg2 Qc4 (wil dames ruilen) 25.Qxe6+ Kg7 26.Qf7+ Kh6 27.Re6, en hier dekt wit niet alleen veld e2, maar er zijn ook gewoon teveel dreigingen waar zwart op moet letten (met name Te7, en als de dame de vierde rij verlaat ook Df4+).
Saša creëerde echter mooi tegenspel met het pionoffer 21… g3 22.hxg3 Qc7 en nu wordt g3 op de korrel genomen:
Wit moest kiezen waar de koning heenging en speelde het mindere 23.Kg2 waar 23.Kh2! direct wint, want zwart heeft geen goed schaakje meer na 23… Dc4 24.Df2. Ook na 23…h5 24.e6 Rh7 25.exf7+ Rxf7 26.Rxg6+ Kh7 27.Rg5 is het in hogere zin uit. (Overigens is ook 23.Rd6 h5 24.Rxd5 heel goed voor wit.)
In de partij kon Saša profiteren van de positie van de witte koning met 23…Qc4 24.Qf2 Qe4+ 25.Kh2 Qxe5 26.Rxf7 h5
Wit is nu weliswaar binnen op de zevende rij, maar de zwarte dame is veel te actief, en bovendien blijkt de zwarte toren opeens weer mee te doen. Er volgde nog 27.Rd7 (een andere mogelijkheid is 27.Qf3 en nu vind ik het pionneneindspel na 27… h4 28.Rf8+ Kh7 29.Qf7+ Qg7 30.Rxh8+ Kxh8 31.Qxg7+ niet makkelijk om snel te taxeren; maar zwart hoeft hier natuurlijk niet op in te gaan) 27…Qe8 28.Rxb7 Rh7 29.Rxh7 Kxh7 en het dame-eindspel werd op zet 47 remise gegeven. ½–½
Er waren nu nog drie partijen bezig, met een gelijke stand. Zelf had ik met zwart tegen Steven Geirnaert een niet al te best verlopen Carlsbad. Ik wist echter de stelling redelijk gelijk te trekken, omdat Geirnaert verzuimde te profiteren van mijn slechte ontwikkeling:
Hier had wit kunnen profiteren van de onhandige positie van de zwarte paarden met 17.e5 Nf4 18.Qc2 Ng8 en nu bijvoorbeeld 19.Qd2 Nxd3+ 20.Qxd3, en zwart staat totaal aangekrant.
In de partij volgde 17.Qd2 Nf4 18.Bc2? (ook hier was 18.e5 Nxd3+ 19.Qxd3 Nh7 20.Nh5 Be6 21.Ng7+ Kd7 22.Kb1 veel beter voor wit) en na 18…Be6 19.e5 Nd7 ging het wel weer voor zwart.
Wit gaat hier paarden ruilen en komt met f4, maar zwart rokeert lang en breekt terug met … c5: 20.Nce2 Nxe2+ 21.Nxe2 0–0–0 22.f4 gxf4 23.Nxf4 c5 24.Rhe1 Kb8 25.Kb1 Nb6 26.dxc5 Qxc5 27.Qd4 Rc8 28.Bb3 Rhd8
Wit heeft hier weliswaar allemaal actieve stukken, maar zwart is voldoende solide en heeft ook genoeg dynamisch tegenspel. Er volgde: 29.Qxc5 Rxc5 30.Rd4 Nc4 31.Bxc4 Rxc4 32.Red1 Rdc8 33.b3 Rc2
Steven ging hier remise uit de weg en liet mijn torens in tijdnood binnenkomen. Eén paar torens werd geruild, en na de tijdcontrole stond de volgende stelling op het bord:
Steven speelde hier snel en verrassend 41.Nh5 waarna het direct rekenen geblazen was, omdat wit weliswaar een pion verliest maar ook een vrije h-pion dreigt te creëren. Een makkelijker weg naar remise was 41.Nxe6 fxe6 42.Rg2! en dan bijvoorbeeld 42… Re143.h4 Rxe5 44.g5 hxg5 45.hxg5 Rf5 46.g6 Rf8.
41…Rf3 42.Rh2 Re3 (alternatief is 42…Kc7 43.Nf6 Rg3) 43.Nf6 Rxe5
Direct na de tijdcontrole had ik lang zitten rekenen aan 44.h4 Kc7 45.g5 hxg5 46.h5, wat gevaarlijk lijkt, maar er kan bijvoorbeeld volgen 46… Bf5 47.h6 Kd6 48.h7 Bxh7 49.Rxh7 Re2+ en zwart staat niet minder. Er volgde veel prozaïscher:
44.Kc3 Re1 45.Ng8 (45.h4 Rf1 46.Ng8 Bxg4 47.Nxh6 kan ook) 45…h5 (een alternatief was 45…f5 wat na 46.Nxh6 fxg4 snel naar remise leidt, terwijl46…f4 47.h4 Kc7 er mij veel te complex uitzag). En hier werd na 46.gxh5 Re5 47.h6 Rh5 48.Kd4 Kc7 49.Nf6 Rxh6 50.Nxd5+ Kd6
nog een tiental zetten doorgespeeld voordat uiteindelijk de vrede getekend werd: ½–½.
De interessantste pot van de dag was misschien wel die van Arthur van de Oudeweetering met wit tegen GM Vitaly Kunin. Na de opening had Arthur vanuit zijn geliefde c3-Siciliaan eerst een comfortabele stelling, maar ruilde ten onrechte zijn witveldige loper tegen een paard dat op voorpost e4 verscheen, waarna de stelling voor zwart (met loperpaar en ruimtevoordeel) iets makkelijker speelde.
Kunin ruilde hier de dames en begon in het dameloze middenspel direct met zijn kandidaat-vrije a-pion naar voren te lopen: 21…. Nd5 22.Qxe7 Nxe7 23.Bf2 a5 24.d5 a4 25.bxa4 bxa4 26.Bd4 Rec8 27.Nh5
Dit moment laat goed de complexiteit van de stelling zien. Hier was 27…Bf5 een goede mogelijkheid voor zwart: geeft pion g7 weg in ruil voor behoud van activiteit, bijv. 28.Nxg7 Bc2 29.Re1 Bg6 30.Re2 a3 en wit mist coördinatie. Zwart gaf echter, om de witte activiteit tegen g7 onschadelijk te maken, zijn loperpaar op: 27… Bc5 28.Bxc5 Rxc5
De witte pionnen waren zwak zolang er genoeg stukken op het bord stonden. Nu gaat de witte koning er langzaam bij komen richting d4, en dan lijkt het allemaal weer mee te vallen. In deze stelling was er echter ook een kans voor wit om de zwarte zwaktes aan te vallen: 29.Rdf1 Be8 (op 29…f6 komt 30.Rg3) 30.Re1 en zwart lijkt irritant onder druk te staan. Maar daar geeft de engine een prachtig stukoffer: 30… Nxd5 31.Rf5 f6 32.Ng3 Bf7 33.cxd5 Rxd5 34.Rxd5 Bxd5 met een gelijk eindspel, omdat de paarden onmachtig zijn.
Arthur koos echter voor het rustige 29.Ng3 en haalde volgens plan zijn koning erbij: 29…a3 30.Kf2 a2 31.Ra1 Rca5 32.Ke3 f5 Inwat nu volgt, komt zwart snel naar voren met zijn koningsvleugel, wat leidt tot het vastleggen van een irritante zwakte op g2 bij wit. Het blijft een moeilijk te beoordelen stelling vanwege alle trucs met paarden, maar volgens de engine staat het de hele tijd redelijk gelijk. Er volgde: 33.Kd4 g5 34.Rb3 f4 35.Nge4 Nf5+ 36.Kc3 R5a6 37.Nc5 R6a7 38.Nxd7 Rxd7 39.Rb2 Rda7 40.Kd3 Ne3 41.Ne4
De tijdcontrole is net gehaald. Zwart gaat hier zijn a-pion opgeven voor de witte c-pion… 41… Ra4 42.Nc3 Rxc4 43.Raxa2 Rac8 44.Rb3 Nf5
… en vervolgens blijft de overgebleven vrije d-pion zwak door de kwetsbare witte koning. Toch is er nog geen man overboord, maar je voelt wel dat het langzaam minder kan worden als wit die pion ook verliest. Dat gebeurde inderdaad enkele zetten later, na een torenruil. Arthur dwong vervolgens met g2-g3 de ruil van zwarts lastpost op f4 af. Resteert nog de vraag wat zwart na deze pionruil moest spelen (zie het onderstaande diagram op zet 51): kon zwart hier voor de afwikkeling gaan?
Na het gespeelde 51… Nd6+ bezweek Arthur uiteindelijk onder de druk om een eindspel met een pion minder (en allebei een toren plus licht stuk) te moeten verdedigen, wetende dat het misschien wel remise zou moeten, of kunnen, zijn. Zoals Arthur zei: een semi Ding-experience… Tien zetten later viel pion h3 en Kunin trok de partij naar zich toe: 0–1
51…Nxg3+ 52.Rxg3 Ra4+ ziet er veelbelovend uit, maar had bij goed spel van wit slechts tot remise geleid. Er zijn daar namelijk twee mogelijkheden, naar voren met de koning of terug:
A. Verliezend is 53.Kf5
en hier moet zwart het nauwkeurige 53… Kg7! spelen. Na 54.Rf3 (wit moet Tf4+ verhinderen) wint 54…Rh4 55.Ke5 Kg6: de zwarte koning komt naar voren, terwijl de witte afgesneden blijft.
Op 53…Kf7? 54.Rf3 Rh4 heeft wit het verrassende 55.Rf1! (en pion h3 blijkt listig verdedigd met een aftrekaanval). Dit eindspel blijkt na veel getouwtrek remise te zijn, probeer het zelf maar! B. De tweede mogelijkheid 53.Kf3 maakt wel remise. De pointe voor zwart is dat hij voor het pionneneindspel kan gaan met 53…Ra3+ 54.Kg2 Rxg3+ 55.Kxg3 h5
en dit lijkt op het eerste gezicht te winnen omdat zwart de verre oppositie kan krijgen na 56.Kf3 Kf7 57.Ke3 Ke7 en nu bijvoorbeeld 58.Kf3 Kd6 59. Ke2 Ke6 60. Kf2 Kd5. In de diagramstelling kan wit echter zelf de verre oppositie pakken met 56.Kg2! en remise is onvermijdelijk.
Tot zover deze uitweiding. De laatste partij die bezig was ging tussen Merijn van Delft en Sim Maerevoet, en Merijn moest dus winnen voor een gelijkspel. Dat leek er een tijdlang ook in te zitten, want hij was met wit met groot voordeel uit de opening gekomen (de engine schommelt een hele tijd rond de +1.5). Zie de volgende stelling na zet 21.cxb5:
Wit heeft eigenlijk alles: sterk loperpaar, mooie meerderheid op de damevleugel, actievere zware stukken. Zwart probeert zich te ontwikkelen:
Hier was een goede mogelijkheid 26.Qc4 Bxg5 27.Qxc5+ Kg8 28.Qxg5 Rh5 29.Qd2 a6 30.a4 axb5 31.axb5 met groot en vooral heel duidelijk voordeel voor wit. Wat in de partij volgde was ook niet slecht, maar in deze fase bestond telkens het gevaar dat zwart langzaam actiever wordt.
26.Bxf4 Qxf4 27.Rac1 Rh5 28.Rc4 Qc7
Hier was 29.Rd7 Nxd7 (29…Qa5 30.Rf4 Rh6 31.Rd1 en zwart is teruggedrongen)30.Qxh5 Rd8 31.Re4! heel sterk geweest. De laatste torenzet verhindert … Pe5 en zwart staat verder gewoon aangekrant na 31…Nf6 32.Qxc5+ Kg8 33.Rd4. In de partij wint wit de c-pion ook:
29.Qc2 Rd8 30.Rxd8+ Qxd8 31.Rxc5 Qd4 32.Rc4 Qd6
Het vervelende is dat zwart zijn toren erbij gaat halen en dan mat op de onderste rij dreigt. Hier speelde Merijn 33.Bf3?! om meer duidelijkheid te creëren voor zijn koning, maar dit ruilt helaas niet alleen de sterke voorste b-pion tegen de minder belangrijke h-pion, maar ook de torens, en geeft daarmee mijns inziens een flink stuk van het voordeel weg. Een eenduidiger afwikkeling was hier geweest: 33.Qa4 (valt a7 aan) Re5 (dreigt mat) 34.Qb4! (dekt het mat op e1 en forceert dus dameruil) en na 34…Qxb4 35.Rxb4 Re2 36.Rxh4 Rxf2 37.Ra4 Rxb2 38.Rxa7 wint het eindspel eenvoudig.
Na het gespeelde 33.Bf3 volgde: 33…Rxb5 34.Rxh4 Rc5 35.Rc4 Rxc4 36.Qxc4 g6 37.b4 (Het zou nog steeds heel goed moeten zijn voor wit, maar in de praktijk is zo’n dame-eindspel technisch heel moeilijk) 37…Kg7 38.Qc3 e5 39.g3 Qe6 40.Kh2 Qa2 41.Qe3 e4 42.Bg2 a6 43.Bf1 Qb2? 44.Kg1 (Hier miste Merijn een kans om een pion te snaaien met 44.Bxa6 omdat op 44…Nd5 gewoon 45.Qc5 komt) 44…Qe5 45.Bg2 Qa1+ 46.Kh2 Qb2 47.f3 exf3 48.Qxf3 Nd7 49.Qd3 Ne5 50.Qxa6 Nf3+ 51.Kh1 Ne1
En na deze paardmanoeuvre is het opeens erg lastig met weinig tijd op de klok.
52.Bf1 Qf2 53.Qe2 Qxg3 54.a4 Nf3 55.Qg2 Qf4 56.a5 (beter 56.Qf2) 56…Nd2 (56…Nh4 57.Qb2+ f6 58.Bg2 Qg3 59.a6 Nxg2 60.Qxg2 Qe1+ is ook remise) 57.Bd3 Qe3 58.Be2 f5? (dit geeft wit opeens weer veel mogelijkheden om van de zwarte koning gebruik te maken) 59.a6 f4 60.Bh5 Qe1+ 61.Qg1 Qe4+ 62.Kh2 Nf3+ 63.Bxf3 Qxf3
Dit was de laatste witte kans.Na 64.Qe1 Qa3 65.b5 Qb2+ 66.Kg1 Qxb5 67.a7 Qc5+ 68.Qf2 Qg5+ 69.Kh2 is de witte koning even veilig, en hoewel ik het erg lastig in te schatten vind, lijkt wit in ieder geval nog praktische winstkansen te hebben.
Na het gespeelde 64.a7 Qe2+ 65.Qg2 (65.Kh1 Qe4+ 66.Qg2 f3 67.Qb2+ Kh7 68.Qf2 helpt evemmin: 68…Qe2 69.Kg1 Qd1+ 70.Kh2 Qd6+ en eeuwig schaak) ontstond door het simpele 65…f3 66.Qxe2 fxe2 67.a8Q e1Q een remise-dame-eindspel. Dit probeerde Merijn nog dertig zetten door te spelen maar, helaas voor ons, zonder succes: ½–½
Zo verloren we een wedstrijd die tot het einde toe spannend was (en op zich ook best in een gelijkspel had kunnen eindigen), maar eigenlijk weinig echt spectaculaire partijen kende. In de zesde ronde op 8 februari gaan we thuis tegen Paul Keres (wordt vast ook een spannende wedstrijd) moedig voorwaarts!